In de wielergeschiedenis schitteren weinig figuren zo fel als Eddy Merckx. Voor fans was hij een fenomeen; voor concurrenten een nachtmerrie in beweging. Bijgenaamd “De Kannibaal” vanwege zijn weigering om iemand anders te laten winnen, werd Merckx de belichaming van dominantie — een man wiens honger naar overwinning eindeloos leek.
Maar achter de recordbrekende overwinningen schuilt een verhaal van felle passie, onwrikbare discipline en een wil die niet te breken was.
Van een rustig dorp naar wereldfaam
Geboren op 17 juni 1945 in Meensel-Kiezegem, België, groeide Merckx op in een bescheiden gezin. Zijn vader had een kruidenierswinkel en zijn jeugd was eenvoudig. Maar vanaf het moment dat hij voor het eerst op een fiets stapte, ontwaakte er iets in hem.
In zijn tienerjaren was Merckx al actief in de wielersport en het duurde niet lang voordat zijn buitengewone talent de aandacht trok. Wat begon als een jeugdpassie, leidde hem al snel naar de grootste etappes ter wereld.
Een kampioen die nooit genoeg wist
Toen Merckx in 1965 prof werd, ging het wielrennen een nieuw tijdperk in. In tegenstelling tot andere renners die zich op specifieke wedstrijden richtten, wilde Merckx ze allemaal: elke etappe, elke trofee, elke finish.
In zijn carrière van iets meer dan tien jaar behaalde hij maar liefst 525 profoverwinningen, een aantal dat sindsdien niemand meer heeft geëvenaard. Hij won vijf keer de Tour de France, vijf keer de Giro d’Italia en één keer de Vuelta a España. Zijn dominantie strekte zich uit tot eendaagse klassiekers zoals Milaan-San Remo (zeven overwinningen) en Luik-Bastenaken-Luik (vijf overwinningen).
Hij won niet zomaar – hij herdefinieerde wat winnen betekende.
Race door pijn en doorzettingsvermogen
Merckx’ filosofie was simpel: eerst aanvallen, later vragen stellen.
Hij racete met ongeëvenaarde agressie en reed weg waar anderen het zekere voor het onzekere namen. Maar achter de overwinningen gingen momenten van diep lijden schuil. Een verwoestende crash in 1969 bezorgde hem chronische rug- en heupblessures, maar hij bleef strijden en winnen.
Elke rit werd een test van uithoudingsvermogen, zowel fysiek als mentaal – en Merckx doorstond ze allemaal met lef en vastberadenheid.
Tegenspoed en verlossing
Zelfs legendes krijgen te maken met stormen. In de jaren 70 werd Merckx valselijk beschuldigd van doping – een klap die zijn imago tijdelijk beschadigde. Hoewel het incident uiteindelijk werd goedgemaakt, liet het littekens achter. Toch bleef hij, trouw aan zijn aard, racen met waardigheid en vastberadenheid, waarmee hij bewees dat integriteit net zo belangrijk was als de overwinning.
Toen hij in 1978 eindelijk met pensioen ging, wist de wereld dat dit het einde van een tijdperk was.
Leven na de wedstrijd
Na zijn vertrek uit het professionele wielrennen richtte Merckx zich op iets terugdoen voor de sport waar hij van hield. Hij richtte Eddy Merckx Cycles op, waar hij hoogwaardige racefietsen produceerde, en begeleidde opkomende sterren, waaronder zijn zoon Axel Merckx.
In België is zijn naam legendarisch – hij is te vinden op straten, standbeelden en zelfs een metrostation. Ondanks zijn wereldwijde roem blijft Eddy een bescheiden en nuchter man, die meer geïnteresseerd is in zijn nalatenschap dan in de schijnwerpers.
De legende leeft voort
Wat Eddy Merckx onderscheidde, was niet alleen zijn ongeëvenaarde staat van dienst – het was zijn mentaliteit. Hij geloofde dat ware grootheid voortkwam uit nooit tevreden zijn, uit verder gaan dan anderen voor mogelijk hielden.
Tientallen jaren na zijn laatste wedstrijd vormt zijn invloed nog steeds de wielerwereld. Elke nieuwe kampioen wordt aan hem afgemeten, en niemand heeft “De Kannibaal” nog overtroffen.
Eddy Merckx — De meedogenloze geest van het wielrennen
Van een kruidenierswinkel in een Belgisch dorp tot de steilste toppen van de Alpen, Merckx’ verhaal is er een van tomeloze gedrevenheid en historische triomf.
Hij was snel. Hij was onverschrokken. Hij had altijd honger.
> “Er was wielrennen vóór Merckx — en daarna was er alles wat erna kwam.”